Oordelen verdelen, behoeftes verbinden

De verkiezingsuitslag heeft een breed scala aan gevoelens teweeg gebracht. Ik heb mensen gehoord die blij, euforisch of opgelucht waren; mensen die verbijsterd, angstig of wanhopig waren én mensen die boos, teleurgesteld of verdrietig waren. Die gevoelens vormen natuurlijk een weerslag van ieders stemvoorkeur én zijn daarmee ook een uiting van de dingen die mensen belangrijk vinden in het leven. En op zich hoeft dat geen probleem te zijn.

Toch merk ik bij mezelf na een paar dagen vooral bezorgdheid. Dat komt omdat het erop lijkt dat we in Nederland over de verkiezingsuitslag vooral in oordelen praten en daarmee de kans op polarisatie vergroten. Terwijl we tegelijkertijd de mogelijkheid van verbinding en vreedzaam samenleven verkleinen. Labels als ‘linkse elite’, ‘klimaatontkenners’, ‘extreem­ rechts’ of welk ander oordeel dan ook, dragen er in mijn ervaring niet toe bij dat we de ander als mens zien. Terwijl nieuwsgierigheid naar de behoeftes achter de mening van een specifiek persoon de kans vergroot op begrip en daarmee op verbinding. Wat kan Verbindende Communicatie daar concreet aan bijdragen?

In mijn ervaring is de eerste stap de belangrijkste, hoewel die zo op het eerste gezicht weinig te maken lijkt te hebben met communicatie. Dat gaat om het vertalen van je eigen oordelen in behoeftes. Met andere woorden: verbinding maken met wat voor mij belangrijk of zelfs essentieel is. Hieronder geef ik een aanzet voor twee eerdergenoemde labels.

Als je het label ‘linkse elite’ op (een groep) mensen plakt, wat is er voor jou dan zo belangrijk? Gaat het je er vooral om gehoord te worden over je zorgen over ‘linkse’ plannen en de impact die die kunnen hebben op jouw leven en die van je naasten? Speelt gelijk­waardigheid een rol omdat je soms weggezet wordt als dom of kortzichtig? Gaat het je om bestaansrecht en bestaanszekerheid? Is het je vooral te doen om eerlijkheid in de verdeling van geld, huisvesting of andere resources? Herken je het deels, allemaal of spelen er nog andere behoeftes?

En als je het label ‘klimaatontkenner’ op (een groep) mensen plakt, wat is er voor jou dan zo wezenlijk? Wil je gehoord worden over je zorgen voor een leefbare aarde en de noodzaak tot actie? Is het voor jou belangrijk dat er meer bewustzijn komt over de langere termijn impact van het klimaat op je leven en de bestaanszekerheid van miljoenen mensen? Wil je bijdragen aan concrete gedragsverandering en perspectief nu het nog kan? Gaat het je om rechtvaardigheid in de verdeling van de lasten die klimaatverandering met zich meebrengt? Herken je het deels, allemaal of spelen er nog andere behoeftes?

Mijn eigen ervaring is dat er na deze eerste stap vaak al iets van nieuwsgierigheid komt. Wat zou er bij de ander spelen? Hoe komt het dat de ander op zo’n andere manier naar de wereld kijkt? Want die ander ziet blijkbaar niet wat ik zie (en blijkbaar zie ik niet wat die ander ziet),

Mijn wens is dat zoveel mogelijk mensen die aangeboren nieuwsgierigheid de komende tijd bij zichzelf aanboren in de kleine gesprekjes met je buurvrouw, je collega of die oom. Juist ook als je één van de eerdergenoemde oordelen of een heel ander oordeel hoort of zelf hebt. Kijk eens of je open kunt vragen waarom die ander zegt wat ie zegt? Wat is er zo belangrijk voor de persoon waarmee je in gesprek bent? Mijn hoop en verwachting is dat het je soms zal verrassen wat je hoort. Én dat je, vaker dan je wellicht voor mogelijk houdt, begrip krijgt voor het perspectief van de ander. Dat hoeft niets af te doen aan je eigen perspectief. En wellicht wil je dat perspectief nu ook met de ander delen. Gelukkig heb je daarvoor in stap 1 je oordelen al vertaald in behoeftes!

Ik wens je verbindende gesprekken toe en lees het graag terug als je daar iets over met me wil delen >>

Martin van der Meulen